Met een huurwagen het eiland rond

Wie Curaçao bezoekt kan best in België al een huurwagen boeken. Het openbaar vervoer is niet echt top en het eiland echt te groot voor een dagelijkse fietstocht. :-). Zelf kies ik steeds voor Sunnycars zodat mijn vakantie vrij van zorgen en discussie is. Ook vind ik het belangrijk dat tijdens mijn avonturen een vleugje luxe nooit ver weg is en dat ik de vrijheid heb om te gaan en te staan waar ik wil. Kilometers vreten laat ik graag aan anderen over maar hou jij ook van een mini roadtrip in luxe, dan zitten we helemaal op dezelfde golflengte.

1. Flamingo’s spotten bij zonsopgang 

Je moet er vroeg voor uit de veren maar het is zeker de moeite waard. In Curaçao kan je Flamingo’s spotten in het wild. Deze “must do” is eigenlijk een “must try” want de roze diva’s hebben natuurlijk hun eigen willetje. Rij vanuit Willemstad richting Willibrordus en parkeer de wagen in de buurt van het Landhuis Jan Kok. Wie net als wij op Jan Thiel beach logeert moet wel rekening houden met de ochtend en avondspits naar de hoofdstad. Het zou spijtig zijn de groep flamingo’s door de file net te missen. De beste kans om de hele groep op de foto te zetten is tussen 6u30 en 7u30. Deze prachtige zalmkleurige vogels broeden op Bonaire maar komen ook naar Curaçao om naar voedsel te zoeken. De zoutpannen van Jan Kok( die niet meer in gebruik zijn) bieden een rustig en voedzame plek. Maak het nog romantischer en neem zelf een picknick mee. Zo kan je samen met deze roze schoonheden genieten van elkaar en een mooie zonsopgang.

 2. Zwemmen in het blauwe water van de Grote of Kleine Knip.

De Grote Knip, aan de westkant van het eiland, is zowat het meest gefotografeerde strand van Curaçao. Het water is er dan ook blauwer dan blauw. Je kan er de auto gratis parkeren en ook de  entree is gratis. Wil je op een bedje liggen betaal je een zestal gulden. De voorzieningen zijn eerder rudimentair maar het witte zand en het betoverende water maken dat ruimschoots goed. Op Zondag is het een beetje feest want dan komen veel locals ook genieten van de schoonheid van hun eiland en geurt het strand naar bbq.  Zin in snorkelen? Dat kan, langs de rotswanden zie je al heel wat fraais maar voor het echte werk zwem je beter tot aan het rif wat dieper in zee. Doe dit alleen als je een geoefend zwemmer bent. De natuur is immers onvoorspelbaar. Zelf hadden wij geen tijd meer voor een bezoekje maar De Kleine Knip lig  een beetje verder en geeft (naar horen zeggen) het “Bounty gevoel” nog meer weer. 

Bounty blue op de Grote Knip

3. Word één met de natuurpracht van Shete Boka. 

Het klinkt een beetje raar maar het meest fascinerende aan Curaçao zijn voor  mij niet de hagelwitte bountystranden of het turquoise heldere water. Het meest was ik onder de indruk van ” Shete Boka ”   

Het nationale park is ongeveer 200 hectaren groot met een overdonderende kustlijn van meer dan 10 km met diverse baaien en inhammen waar verschillende soorten schildpadden hun eieren leggen. Shete boka betekent letterlijk zeven monden waarvan je er vier zeker moet gezien hebben. Je kan het hele park te voet doen ( 2 trails van ongeveer een uur) maar ik vond het toch praktisch dat je met de wagen ook toegang had tot sommige van deze spectaculaire monden of inhammen.

De allerbekendste is misschien wel Boka Tabla, een grot die van één zijde vanaf land toegankelijk is, en waar aan de andere zijde de opgestuwde zee naar binnen stroomt. Er hangt een bordje betreden op eigen risico, voorzichtig zijn is de boodschap. Ook spectaculair en net iets minder gevaarlijk is Boka Pistol waar het zeewater als een raket de lucht wordt ingevuurd. Wij hadden een beetje uitgerekend tot waar je kon gaan staan om net niet nat te worden en toch een spectaculaire foto te maken. Tja, vergissen is menselijk en super grappig.

Een frisse douche op Boka Pistol

Boka Wandomi is een mooie natuurlijke brug over het ruige water en op Boka Kalki geraak je alleen via een pad door de mangroven. Natuurlijk moest ik daar even mijn klimkunsten tonen maar de sprong naar beneden was hoger dan ik dacht.

What go’s up must go down

Shete Boka geeft je af en toe de indruk verdwaald te zijn in het wilde Westen. Je vindt er absoluut meer dan één instagram waardig plekje en de overweldigende natuurpracht blijft lang nazinderen. Het park is elke dag geopend van 09:00 tot 17:00 uur. Een kaart om niet te verdwalen krijg je aan de ingang en de kost om al dit moois te aanschouwen is maar 5 euro per persoon. Wie nadien een hongertje heeft kan dat stillen na een tiental minuutjes rijden. Huisje Misje is een echte aanrader.

Lunch tip: Huisje Misje

 4. Beken kleur in Willemstad. 

Willemstad is de hoofdstad van het Caribische eiland Curaçao en van de voormalige Nederlandse Antillen.Daarom kent deze fel gekleurde stad een rijke historiek. De gekleurde huizen zijn over het algemeen koloniale panden die een Hollandse architectuur hebben. Het is dan ook niet verrassend dat sommigen Willemstad het Amsterdam van de Nederlandse Antillen noemen. De stad bestaat uit twee delen die worden gescheiden door de Sint Annabaai. Maar er is genoeg verbinding tussen Punda en Otrobanda. Als wandelaar ga je over de Koningin Emmabrug . Wie met de wagen is die rijdt  via de 56,4 meter hoge Koningin Julianaburg. De  Koningin Emmabrug is echt een beleving, schrik niet als de bel gaat en de brug plots opengaat. Je zit nooit vast want er is ook een gratis ferry in de buurt.

Tip: Bezoek Willemstad zeker ook eens als het donker wordt. De lichtjes van de  Koningin Emmabrug zijn feeëriek

 Ook ’s nachts kleurt de stad

Willemstad is  natuurlijk ook de plek om wat te shoppen en lekker te tafelen. Maar deze bruisende stad biedt heel wat meer. De handelskade is misschien wel het bekendste plekje van de stad, daar vind je ook Penha een winkel uit 1708.  Het Rif fort aan de kant van Otrabanda heeft een prachtig uitzicht en Fort Amsterdam, het geel gekleurde gebouw met mooie binnenplaats is zeker ook een bezoekje waard. Er is nog de drijvende markt voor wie wat vers fruit wil scoren en de drankgelegenheden naast het water bieden zeker verkoeling.

Tip: dineren aan het water bij de Gouverneur  

Pietermaai, de nieuwe hotspot van Curaçao

Zelf was ik zeer gecharmeerd over het gerenoveerde Pieterman.  Een paar jaar geleden was het er echt gevaarlijk maar daar merk je nu echt niets meer van. De vervallen huizen zijn helemaal opgeknapt en je hebt er tal van toffe bars en restaurants. Sommige van hen net naast de zee. Voor een kleine lunch, drankje of gewoon een koffie kan je terecht bij Saint Tropez. De frisse duik in het zwembad krijg je er gratis bij . Dineren is leuk bij Mundo Bizarro,  Restaurant No5 of Bij Blaauw.

 5. Loungen of lunchen  op Jan Thiel Beach 

Als je een vakantie gaat vieren op Curaçao dan is er een redelijke kans dat je rond de Jan Thiel Baai terecht komt. Dat is niet voor niets, want hier vind je alles wat je nodig hebt voor een geslaagde vakantie. Logeer je ergens anders op het eiland dan moet je hier zeker halt houden. Jan Thiel heeft een heerlijk zandstrand waar je zalig kan lunchen of dineren. In het weekend katje dansen op Caribische  live-muziek of de opzwepende beats van een DJ. Meer info vind je in mijn vorig artikel. Slim naar de zon met Corendon.

Waarom ik zo’n fan ben van  Sunny Cars?